Akkoord medisch-specialistische zorg: meer zorg naar de eerste lijn

Akkoord medisch-specialistische zorg: meer zorg naar de eerste lijn

Datum: 30 april 2018

Minister Bruno Bruins voor Medische Zorg en Sport heeft een onderhandelaarsakkoord bereikt met partijen in de medisch-specialistische zorg. Dit is het eerste akkoord dat is afgesloten om de kostenstijging in de zorg een halt toe te roepen. Om de kwaliteit van zorg op niveau te houden en zelfs te verbeteren zijn afspraken gemaakt over een beweging naar de juiste zorg op de juiste plek door de juiste professional op het juiste moment en tegen de juiste prijs. Medische zorg moet minder vaak in het ziekenhuis worden verleend, maar dichter bij huis door huisartsen en in gezondheidscentra. 

Verder zijn afspraken gemaakt over het terugdringen van regeldruk, zoals het schrappen van dubbele registraties en over de aanpak van knelpunten op de arbeidsmarkt. Daarbij wordt onder andere ingezet op meer opleiden van gespecialiseerd verpleegkundigen en het vergroten van de aantrekkelijkheid en kwaliteit van het beroep als verpleegkundige of verzorgende.

Juiste Zorg op de juiste plek
De aanbevelingen van de taskforce ‘De Juiste Zorg op de Juiste Plek’ zijn een inspiratiebron geweest voor het akkoord. Deze aanbevelingen moeten een verandering opleveren rond drie bewegingen: het voorkomen van (duurdere) zorg, het verplaatsen van zorg (dichter bij mensen thuis of zelfs thuis als dat kan, en verder weg als dat omwille van de kwaliteit of doelmatigheid moet) en het vervangen van zorg door nieuwe, innovatieve vormen van zorg, zoals e-health.

Kostenstijging aan banden leggen
Dit is de eerste van een reeks akkoorden die het kabinet in de zorg wil sluiten om de stijging van de uitgaven aan banden te leggen. De totale uitgaven aan medisch-specialistische zorg nemen in 2019 met maximaal 0,8% toe. Deze groei neemt jaarlijks af tot uiteindelijk 0% in 2022.
Ziekenhuizen die meewerken aan verlaging van het aantal ingrepen kunnen een bonus krijgen. Daarvoor en om de transformatie in de zorg te ondersteunen is tijdelijk in totaal € 425 miljoen beschikbaar van 2019 tot en met 2022. Dit geld kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor afspraken met ziekenhuizen en klinieken over een andere inzet van professionals buiten de muren van het ziekenhuis of kliniek, zoals spreekuur in een huisartsenpraktijk of anderhalvelijnscentra, investeringen in innovatieve toepassingen, ondersteuning van de afbouw van capaciteit in ziekenhuizen of ondersteuning van een andere manier van werken die hiervoor nodig is. Via individuele contractafspraken maken zorgaanbieders en zorgverzekeraars afspraken over de inzet van deze middelen.
Een andere afspraak uit dit zorgakkoord is dat de beloning van medisch-specialisten vrij blijft. Ze komen niet onder de Balkenende-norm te vallen.

Betrokken partijen
De afspraken zijn gemaakt tussen het ministerie van VWS, de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ), de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU), Patiëntenfederatie Nederland, Zelfstandige Klinieken Nederland (ZKN), Federatie Medisch Specialisten (FMS), Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland (V&VN).Betrokken partijen leggen het onderhandelaarsakkoord de komende periode met een positief advies aan hun achterbannen voor.

Extra taken voor huisartsen
Ook in andere zorgsectoren zijn afspraken nodig om de gewenste overgang en ambities uit dit akkoord mogelijk te maken. Het kabinet wil nog akkoorden sluiten met de geestelijke gezondheidszorg, huisartsen en wijkverpleging. De huisartsen zien door dit akkoord veel extra taken op zich af komen en willen daarvoor compensatie.

Bekijk hier het onderhandelingsakkoord.

(Foto: UWV)

Gerelateerde berichten

Author: Zorgenz

Share This Post On

Submit a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *