Zilveren Kruis wil specialistische zorg in de wijk liever op regionaal niveau inkopen

Zilveren Kruis wil specialistische zorg in de wijk liever op regionaal niveau inkopen

Datum: 24 januari 2017
carin_de_kok_zorgenz

Carin de Kok van Utrechtse Huisartsen: “Het idee is goed: een thuiszorgorganisatie als aanspreekpunt. Maar in de praktijk zien we dat er andere belangen spelen dan optimale zorg voor de patiënt.”

EEN JAAR LATER – Deel 7 – Sinds een jaar loopt in Utrecht de driejarige pilot Zorg in de Wijk van Zilveren Kruis. Een voorkeursaanbieder per wijk krijgt de verantwoordelijkheid om voor hun verzekerden de wijkverpleegkundige zorg te leveren. Bij de start hebben de huisartsen hun bezwaren en zorgen geuit. Zorgenz publiceerde op 20 december 2015 hierover. Welke ervaringen zijn tot nu toe opgedaan?

Zilveren Kruis gelooft erin dat één wijkregisseur met een gegarandeerd wijkbudget voor de aankomende drie jaar zorgt voor een optimale samenwerking in de wijk, voor vernieuwing en verbetering. De Utrechtse huisartsen, verenigd in HUS, maakten zich vooral zorgen over de specialistische zorg. Was die in de pilot voldoende geborgd? Hoe staat het er nu mee?

Specialistische zorg loopt nog niet goed
Huisarts en medisch directeur van HUS, Carin de Kok: “Het is positief dat de thuiszorgorganisaties Careyn, Rijnhoven, Buurtzorg, Leven & Zorg en AxionContinu beter samenwerken. Ze overleggen meer over overstijgende zaken, maar de specialistische thuiszorg loopt nog niet goed. Nadat we onze zorgen kenbaar hadden gemaakt, heeft Zilveren Kruis aanvullende afspraken voor de specialistische zorg in de pilot gemaakt. De specialistische zorg komt voor 75% ten laste van het wijkbudget en Zilveren Kruis heeft aanvullend budget beschikbaar gesteld voor de specialistische zorg die wordt geleverd door Careyn. Alleen merken wij in de praktijk dat de inzet van specialistische zorg achterloopt. Dat komt doordat wijkverpleegkundigen denken dat ze deze zorg zelf kunnen leveren, of doordat ze niet de kennis hebben om goed in te schatten of de patiënt deze zorg nodig heeft. Het is voor ons lastig te monitoren. Wij kunnen het ook niet aan onze patiënten vragen. Zij weten lang niet altijd welke zorg beschikbaar is en hoe het beter zou kunnen.”

Aanvullende afspraken voor specialistische zorg
“Het klopt dat Zilveren Kruis met de voorkeursaanbieders aanvullende afspraken voor de specialistische zorg heeft gemaakt. In overleg met de huisartsen en ziekenhuizen hebben we gekeken hoe we deze zorg het best kunnen organiseren, zodat er goede afstemming plaatsvindt”, verklaart Marjolijn Dijns, senior inkoper bij Zilveren Kruis.
De vijf voorkeursaanbieders in de pilot wijkverpleging van Zilveren Kruis Utrecht stad hebben een intentieovereenkomst gesloten over de samenwerking bij (specialistische) wijkverpleging in Utrecht stad. In de pilot wijkverpleging van Zilveren Kruis werken deze vijf zorgaanbieders tot eind 2018 samen om de beschikbaarheid en kwaliteit van gespecialiseerde verpleging in Utrecht te garanderen. “De gespecialiseerde verpleging wordt ingezet door de wijkverpleegkundige van de voorkeursaanbieder of rechtstreeks, als een wijkverpleegkundige nog niet bij de zorg is betrokken. Bij gedeelde zorg stemmen de wijkverpleegkundigen en de gespecialiseerde verpleegkundigen altijd af”, aldus Dijns.

Mogelijk beter op regionaal dan op wijkniveau inkopen
Elk kwartaal overleggen de voorkeursaanbieders met de huisartsen en de ziekenhuizen over de voortgang. Zilveren Kruis heeft aanvullend op de bovengenoemde intentieverklaring een extra financiële vergoeding voor het Specialistisch Team van Careyn afgesproken. Dijns: “Indien dit nodig blijkt te zijn, willen we dit graag voortzetten. Uit onze ervaring met de pilot blijkt dat een beperkt gedeelte van de specialistische zorg mogelijk beter op regionaal niveau in plaats van op wijkniveau kan worden ingekocht.”
Ook Dijns herkent het punt dat de kennis van wijkverpleegkundigen om de juiste zorg op tijd in te zetten, soms tekort schiet. “Dit bespreken we met alle partijen. Het mooie van de pilot in Utrecht is dat we door de gesprekken, de samenwerking en de scholing op dit vlak, de kwaliteit van de zorg op één lijn krijgen. Er worden afspraken gemaakt en protocollen opgesteld. Zo ontstaat er een standaard en wordt de kwaliteit naar een hoger niveau getild.”

Palliatieve zorg nog niet goed ingericht
Een ander punt van zorg gaat over de palliatieve zorg. “Voor de start van de pilot was dat goed geregeld: het Specialistisch Team Midden-Nederland (STMN) is nog steeds ondergebracht bij Careyn. We krijgen signalen dat palliatieve zorg lastig te regelen is, omdat niet alle wijkverpleegkundigen weten dat ze daar gebruik van kunnen maken. Dat vinden we zorgelijk,” verklaart huisarts De Kok.
HUS overlegt met Zilveren Kruis en de thuiszorgorganisaties over het beter inrichten van de specialistische en palliatieve zorg. Dit zal worden opgepakt in het volgende kwartaaloverleg.
Volgens De Kok speelt concurrentie hierbij een rol. “Het maakt het ingewikkeld dat er één budgethouder is. We zien ook dat sommige partijen het niet goed voor elkaar krijgen om alle zorg goed te leveren omdat ze een tekort aan wijkverpleegkundigen hebben. Het idee is goed: één thuiszorgaanbieder als aanspreekpunt. Maar in de praktijk zien we dat er andere belangen spelen dan optimale zorg voor de patiënt.”
Dijns benadrukt dat Zilveren Kruis het positief vindt dat knelpunten nu kunnen worden opgepakt met de betrokken partijen. “Toen 57 partijen in Utrecht actief waren, was het lastiger te realiseren om de zorg optimaal te organiseren.”

Komst kleine zorgaanbieders zorgelijk
De Kok signaleert een andere ontwikkeling: er zijn kleine aanbieders op de markt gekomen die tegen een lager tarief zorg leveren. “Zilveren Kruis is er tot nu toe niet in geslaagd dit te stoppen. Het gaat wel van het wijkbudget af. De huisartsen hebben weer met nieuwe aanbieders te maken die ze niet kennen.”
Ook Dijns vindt dit een zorgelijke ontwikkeling. “Het gaat om ongecontracteerde zorgaanbieders die al actief in Utrecht waren. We zien dat zij zich actiever presenteren bij de huisartsen omdat ze merken dat hun marktaandeel krimpt. Door de pilot hebben we deze aanbieders wel scherper in beeld. We gaan met deze partijen in gesprek: welke zorg leveren ze in welke wijk, wat is de kwaliteit van deze zorg? We kunnen hen als dat nodig is aanspreken op hun declaratiegedrag. Daarnaast kunnen de huisartsen, ziekenhuizen en wijkteams gezamenlijk hun patiënten richting voorkeursaanbieders sturen, van wie zij de kwaliteit van zorg kennen.”

Leerpunt: sluit aan bij huidige infrastructuur
Dijns verklaart dat Zilveren Kruis al wat heeft opgestoken van de pilot. “We hebben geleerd dat het beter is om aan te sluiten bij de infrastructuur die er al is. De betrokken partijen zijn bij de start veel tijd kwijt geweest aan overleg. Dat heeft veel energie gekost en de situatie op scherp gezet. Dat is voor ons een leerpunt.”
Uit een evaluatie met de sociale wijkteams blijkt volgens Dijns dat de hulpverleners elkaar veel beter weten te vinden en meer afstemmen, zeker in acute situaties.

Marjolijn Dijns kondigt een onafhankelijke tussenevaluatie van de pilot aan. De resultaten zullen naar verwachting over drie maanden bekend zijn. De pilot loopt tot en met december 2018.

Corina de Feijter

 

Gerelateerde berichten

Author: Zorgenz

Share This Post On

Submit a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *