Gezondheidsraad: ‘Ga ongewenste medicalisering tegen’

Gezondheidsraad: ‘Ga ongewenste medicalisering tegen’

Datum: 26 juni 2017

Mensen ondergaan soms medische verrichtingen die geen gezondheidswinst opleveren. Het blijkt niet eenvoudig om deze ongewenste ‘medicalisering’ terug te dringen. Volgens de Gezondheidsraad zijn er verbeteringen nodig in het arts-patiënt contact, in de betrouwbaarheid van medische informatie op internet, in de regels voor de toelating van nieuwe medische apparatuur en in de opstelling van medische richtlijnen. Ook gezamenlijke besluitvorming en meer consulttijd kunnen volgens de Gezondheidsraad helpen.

Op verzoek van minister Schippers (VWS) heeft de Gezondheidsraad aan de hand van casussen advies uitgebracht over medicalisering. Hoe ontstaat het en welke mogelijkheden zijn er om dit ongewenste proces van medicalisering te beïnvloeden?

Waardoor ontstaat medicalisering?
Volgens de Gezondheidsraad hebben medische professionals vaak een te sterke focus op (be)handelen. Ze zijn snel geneigd diagnostiek of een behandeling in te zetten. Ook komt het voor dat er niet-effectieve medische zorg wordt verleend, doordat deze door ‘oneigenlijke belangen’ in een richtlijn terecht is gekomen. In richtlijnen zouden eigenlijk alleen diagnostiek of behandelingen moeten staan die tot gezondheidswinst leiden.
Andere oorzaken waar de Gezondheidsraad op wijst, zijn te hoge verwachtingen bij patiënten, de krachtige promotie van geneesmiddelen, spectaculair lijkende mogelijkheden van nieuwe apparatuur en onjuiste informatie op internet.

Behandeling voor klachten die vroeger niet als probleem werden gezien
Hoewel de omvang niet duidelijk is, ziet de Gezondheidsraad dat bepaalde behandelingen opeens veel vaker lijken voor te komen. Er wordt meer diagnostiek en behandeling geboden voor klachten die voorheen niet als probleem werden gezien. Daarbij treden soms negatieve effecten op, zoals onnodige zorgkosten of schade voor de patiënt. Als voorbeelden noemt de Gezondheidsraad onder meer de behandeling met maagzuurremmers bij baby’s met reflux, de behandeling met hormoonpreparaten voor verschijnselen in de menopauze en de inzet van de PSA-test voor vroege opsporing van prostaatkanker.

Meer shared decision making en meer consulttijd
Het blijkt niet eenvoudig om ongewenste medicalisering tegen te houden. De Gezondheidsraad noemt als mogelijkheid shared decision making. Wanneer patiënten actief worden betrokken bij de besluitvorming over diagnostiek en behandelkeuzes, lijken zij minder geneigd om voor een onnodige medische interventie te kiezen. Investeren in meer consulttijd zou dus kunnen helpen. Ook krijgt de minister van VWS het advies om explicieter te kijken naar ongewenste medicalisering en belangenverstrengeling bij het maken van richtlijnen en onafhankelijk onderzoek naar de effectiviteit en veiligheid van medische interventies.

Een samenvatting van het advies kunt u hier downloaden.

(Foto: Shutterstock)

Gerelateerde berichten

Author: Zorgenz

Share This Post On

Submit a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *