Advies NZa: zorgprestatiemodel invoeren in ggz en forensische zorg

Advies NZa: zorgprestatiemodel invoeren in ggz en forensische zorg

Datum: 21 mei 2019

De huidige bekostiging in de geestelijke gezondheidszorg en forensische zorg is niet meer geschikt om deze zorg op een toekomstbestendige manier te bekostigen. Dat vindt een aantal partijen in de forensische en geestelijke gezondheidszorg en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Deze adviseert daarom om per 2022 een nieuwe bekostiging in te voeren in de generalistische basis ggz, gespecialiseerde ggz en forensische zorg (fz): het zorgprestatiemodel. Hiermee komt een einde aan het dbc-systeem in de ggz. Dat staat in het ‘Advies zorgprestatiemodel ggz en fz’ van de NZa.

Waarom een nieuwe bekostiging? De NZa constateert dat de huidige db(b)c-systematiek binnen de g-ggz en de fz ook ongewenste effecten heeft op de werking van het stelsel. Zo sluiten de db(b)c’s onvoldoende aan op de geleverde zorg binnen een gegeven behandelsetting en zijn ze beperkt onderscheidend voor de zorgzwaarte. De zorgvraag van de patiënt is niet zichtbaar. Dat komt omdat de diagnoseclassificatie dominant is. Dit zegt weinig over welke behandeling daadwerkelijk passend en waardevol is.
Ook brengt dit bekostigingssysteem hoge administratieve lasten met zich mee, onder andere door de gedetailleerde tijdsregistratie (zowel directe als indirecte tijd). Dit leidt af van waar het om gaat: waardevolle zorg voor de patiënt.

Patiënt begrijpt nota niet
Volgens de NZa bevat het huidige db(b)c-systeem verkeerde prikkels voor strategisch declaratiegedrag. De patiënt begrijpt zijn nota niet, laat staan dat er een goede check op plaatsvindt of de zorg feitelijk is geleverd. Het is uitgegroeid tot een complex systeem, met talloze regels en daardoor ook inflexibel en niet robuust om te anticiperen op innovaties.

Eenvoud en transparantie
In het zorgprestatiemodel worden zorgprestaties, zoals consulten en verblijfsprestaties vergoed. Het model wordt eenvoudiger en transparanter over de geleverde zorg. Dit nieuwe model betekent een afscheid van de dbbc’s en zzp’s in de gespecialiseerde ggz (g-ggz), de dbc’s in de forensische zorg (fz) en de prestaties in de generalistische basis-ggz (gb-ggz). Voor de patiënt zijn de nieuwe prestaties herkenbaar en daarmee controleerbaar. De zorgprestaties weerspiegelen volgens de NZa de daadwerkelijk geleverde zorg en de tarieven sluiten aan bij de behandelinzet en behandelsetting. Bovendien is er een structurele verlichting van de administratieve lasten: minutenregistratie van directe en indirecte tijd is niet meer nodig.

Inzicht zorguitgaven
Het zorgprestatiemodel geeft veel sneller inzicht in zorguitgaven, omdat prestaties zijn gekoppeld aan een dag in plaats van aan een zorgtraject van 365 dagen. Bovendien zorgt dit ervoor dat de administratie van zorgverzekeraars en zorgaanbieders beter op elkaar aansluit. Ook leidt het tot meer eenheid binnen de geestelijke gezondheidszorg en forensische zorg. Zo vervallen de bekostigingsschotten tussen jaar 1 (dbc’s) en jaar 2 en 3 (zzp’s) van de g-ggz en de gb-ggz.

Typering zorgvraag vervangt DSM
Het zorgprestatiemodel lost veel knelpunten in de huidige bekostiging op. Bovendien geeft het ruimte voor het toevoegen van elementen die de zorgvraag typeren of patiëntgroepen duiden. Daarom blijven partijen werken aan een betere zorgvraagtypering. De uitkomsten van de pilots over het zorgclustermodel, waarmee in pilots wordt geoefend, zijn hiervoor van grote waarde. Zorgvragers worden binnen dit model gegroepeerd op basis van een naar aard en ernst van de aandoening vergelijkbare zorgvraag. Daarmee is niet de klinische diagnose, maar de zorgvraag leidend. De zorgvraagtypering moet de DSM-hoofdanalyse (standaard in het diagnoseclassificatiesysteem) gaan vervangen.

Invoering per 2022
De NZa stelt dit jaar en 2020 voor als voorbereidingsjaren, waarin de bekostiging verder wordt uitgewerkt en de implementatie wordt voorbereid. 2021 dient als simulatiejaar, waarin elke aanbieder de impact van het zorgprestatiemodel zelf in kaart kan brengen. Deze jaren zijn nodig voor een zorgvuldige invoering per 2022.

Waardegedreven zorg
De NZa benadrukt de nieuwe bekostiging te zien als een startpunt. ‘ Met de invoering van het zorgprestatiemodel zetten we een eerste belangrijke stap naar een toekomstige bekostiging van waardegedreven zorg binnen de ggz en fz.’
Een groot aantal partijen onderschrijft het advies. Dit biedt een mooie basis om in een gezamenlijk programma vanuit de sector zelf de implementatie en doorontwikkeling te realiseren. De NZa heeft het advies aangeboden aan het ministerie van VWS en Justitie en Veiligheid (JenV).

Reactie ZN
Op de site van Zorgverzekeraars Nederland zegt  Wout Adema, directeur Zorg van ZN: “Dit is goed nieuws voor verzekerden, ggz-aanbieders en zorgverzekeraars. Het moet eenvoudiger en transparanter worden. 2022 duurt nog even, maar die tijd hebben we nodig voor een goede implementatie. Zorgverzekeraars vinden het belangrijk dat het nieuwe bekostigingsmodel bijdraagt aan de gezamenlijke doelstelling om beter grip te krijgen op de niet-gecontracteerde zorg. Daar hebben we in het hoofdlijnenakkoord afspraken over gemaakt. De NZa heeft in haar advies aangegeven het model hierop nog te toetsen, voordat wordt overgegaan tot daadwerkelijke invoering. Voor zorgverzekeraars is het verder essentieel dat zij hun wettelijke taken op het gebied van rechtmatige, verzekerde zorg kunnen blijven uitvoeren. Om dit mogelijk te maken, is het belangrijk dat op de nota zichtbaar blijft wat de zorgvraag van de patiënt is. En dat de door de NZa vastgestelde zorgprestaties zodanig worden opgenomen in de contractafspraken en declaraties, dat zorgverzekeraars behandeltrajecten kunnen blijven inkopen en kunnen blijven controleren op gepast gebruik.”

Lees hier het advies.

(Foto: Shutterstock)

Gerelateerde berichten

Author: Zorgenz

Share This Post On

Submit a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *