Verenso-rapport over kleinschalige woonvormen

Verenso-rapport over kleinschalige woonvormen

Datum: 16 januari 2019

De laatste jaren zijn er steeds meer kleinschalige woonvormen ontstaan voor mensen met dementie. Op zich een goede ontwikkeling, ware het niet dat nieuwe zorgaanbieders vaak onvoldoende goede zorg waarborgen en dat de randvoorwaarden niet altijd op orde zijn. Daarom heeft Verenso een verkennend onderzoek uitgevoerd onder specialisten ouderengeneeskunde om hun ervaringen te inventariseren. Daaruit blijkt nadrukkelijk het belang van samenwerking tussen huisartsen en specialisten ouderengeneeskunde. 

De uitkomsten van de inventarisatie staan in het rapport ‘Rol van de specialist ouderengeneeskunde in kleinschalige woonvormen’. Daaruit blijkt helaas inderdaad dat de randvoorwaarden voor kwalitatief goede zorg en patiëntveiligheid niet in elke kleinschalige woonvorm zijn geborgd. Tevens ontbreekt vaak een adequate bestuurlijke visie en duidelijkheid ten aanzien van verantwoording. Het is van belang om al vóór opening helder te hebben wie de doelgroep is en welke zorg en (medische) behandeling daarvoor nodig is/zal worden.

Samenwerking met huisartsen
Specialisten ouderengeneeskunde hebben behoefte aan handvatten om taken en verantwoordelijkheden beter te adresseren en te organiseren. Ze zijn over het algemeen zeer tevreden over de samenwerking met de huisartsen. Zij pleiten daarom voor een blijvend samenwerkingsverband, omdat de inzet van zowel de huisarts als de specialist ouderenzorg nodig zijn om de medische zorg te waarborgen in een sterk vergrijzende samenleving.

Afspraken vooraf
Verenso beveelt de specialisten ouderengeneeskunde aan om, alvorens te gaan werken in een kleinschalige woonvorm, op bestuurlijk niveau en samen met de betrokken huisartsen afspraken te maken over de taken, verantwoordelijkheden en benodigde randvoorwaarden voor goede zorg en behandeling. Ter ondersteuning heeft Verenso een gespreksleidraad opgesteld.

Minimale basis van kwaliteit
Daarnaast adviseert Verenso het ministerie van VWS om zorg te dragen voor een minimale basis van kwaliteit
voor kleinschalige woonvormen. In deze regelgeving kan worden opgenomen dat een zorginstelling al vóór de start een kwaliteitsbeleid moet hebben ontwikkeld. En dat er duidelijke afspraken zijn gemaakt rondom het leveren en
organiseren van de medische en paramedische zorg.

(Geen) taak patiënten en hun naasten
Zolang dat er niet is moeten patiënten en hun naasten zorgvuldig zijn in de keuze voor een zorginstelling en goed letten op de beoogde doelgroep, het zorgaanbod en welke artsen zijn betrokken bij de zorg. Hierbij moet ook rekening worden gehouden met mogelijke ontwikkelingen op de lange termijn en de benodigde expertise en hulpmiddelen die daarvoor nodig zijn. Dat klinkt mooi, maar het is maar zeer de vraag of patiënten en hun naasten dat goed kunnen beoordelen. Ze moeten er toch op kunnen vertrouwen dat de geboden zorg kwalitatief goed is.

Constructieve samenwerking
Verenso zal ook in gesprek gaan met de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) en LAEGO (landelijke adviesgroep eerstelijns geneeskunde) om na te gaan hoe een constructieve samenwerking verder kan worden gestimuleerd en ondersteund.

Zie ook het artikel op ZorgenZ: Kleinschalige woonvormen: wel of geen huisartsenzorg? 

(Foto: Shutterstock)

 

Gerelateerde berichten

Author: Zorgenz

Share This Post On

Submit a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *