Brunssum: maak regionale afspraken over wijkgericht werken

Brunssum: maak regionale afspraken over wijkgericht werken

Datum: 21 januari 2015

wijkverpleging_zorgenzDe betaaltitel voor de deelname aan een sociaal wijkteam vindt plaats onder s1. Maar de contacten leggen met het sociale domein voor mensen die in zorg zijn, is onderdeel van het werk van de wijkverpleegkundige in s2. Dat schrijft staatssecretaris Martin van Rijn van VWS in een brief aan het college van B & W van Brunssum. Hij geeft daarin een toelichting op situaties die zich nu voordoen bij de inzet van de wijkverpleegkundigen.

‘Hiertoe hoeft de wijkverpleegkundige niet degene te zijn die zelf aan het sociale wijkteam deelneemt, er kunnen allerlei mogelijke manieren van afstemming plaatsvinden’, aldus Van Rijn. Het lijkt de bewindsman goed om in de WMO-regio afspraken te maken over de wijze waarop deze afstemming plaatsvindt.

Moeizame samenwerking
Van Rijn kreeg een brief van het college, omdat in Brunssum de samenwerking tussen de gemeente en zorgverzekeraar CZ over de inzet van wijkverpleegkundigen moeizaam verloopt. CZ betaalt in zes van de zogeheten acht Parkstad-gemeenten, waaronder Brunssum, niet voor wijkverpleegkundigen. Dit gebeurt alleen in de wijken met het hoogste zorggebruik van Heerlen en Kerkrade.
De inzet van de wijkverpleegkundige is lastig, omdat de financiering voor deze functie erg beperkt is. CZ heeft onvoldoende geld om voor elke gemeente de inzet van de wijkverpleegkundige in de sociale wijkteams te financieren. B & W stuurde daarom een brief naar de staatssecretaris met de vraag hoe deze situatie zich verhoudt met het kabinetsbeleid.

Onderscheid s1 en s2
Wanneer valt de zorg en taken die een wijkverpleegkundige verricht onder wijkgericht werken (s1) en wanneer onder verpleging en verzorging (s2)? In zijn brief legt Van Rijn het onderscheid toe. ‘De activiteiten die vallen binnen de prestatie ‘wijkgericht werken’ zijn niet direct te koppelen aan een individueel zorgtraject van een patiënt. De activiteiten zijn te kenschetsen als het verbinden van het medische en sociale domein, waarbij het bijvoorbeeld kan gaan om deelname aan het sociale wijkteam.’ Hiervoor is een macro budget beschikbaar van € 40 mln.
Het overgrote deel van de zorg die valt onder de aanspraak wijkverpleging, bestaat uit het verrichten van verpleegkundige en verzorgende handelingen die betrekking hebben op de zorg voor individuele patiënten. Van Rijn: ‘Daarbij vallen hier taken onder als indiceren, stimuleren, signaleren en coördineren voor patiënten die in zorg zijn. Hiervoor is totaal een budget beschikbaar van € 3,1 mld.

Brede definitie zorg s2
Het gaat hierbij om breder kijken dan de oorspronkelijke zorgvraag van de cliënt, bijvoorbeeld naar zelfredzaamheid en sociale omgeving. Daarbij hoort ook dat de wijkverpleegkundige gehoor moet kunnen geven aan signalen die zij in de dagelijkse praktijk ontvangt. De bewindsman geeft aan dat hij een brede definitie hanteert van de zorg die een wijkverpleegkundige hanteert in s2.

Professionele autonomie
Van Rijn benadrukt dat het tot de professionele autonomie van de wijkverpleegkundige behoort om, gelet op haar kennis van het gemeentelijk domein, in te schatten wanneer het inschakelen van het sociale domein noodzakelijk is. ‘Deze taken maken onderdeel uit van de zorgverlening aan de cliënt en behoren daarmee tot de individueel toewijsbare zorg.’
Wat valt er nog meer onder s2?
Ook contacten van een wijkverpleegkundige voor de WMO-casuïstiek met de huisartsen en praktijkondersteuners zijn onderdeel van de zorg die een wijkverpleegkundige aan een individuele patiënt levert in s2. Dat geldt ook voor de bezoeken van de wijkverpleegkundige aan cliënten om te komen tot een zo passend en afgestemd mogelijk ondersteuningsarrangement. In de brief staat dat dit een onderdeel is van de zorg die een wijkverpleegkundige aan een individuele patiënt levert in s2.

En het koffie-uurtje?
Hoe zit het met de wijkverpleegkundige die betrokken is bij het georganiseerde inloop koffie-uurtje voor ouderen? ‘Hierbij gaat het niet om zorg zoals die in de aanspraak verpleging en verzorging is verwoord. De wijkverpleegkundige kan hier uiteraard bij worden betrokken, maar dat zal vanuit de WMO gefinancierd moeten worden.’

En het huisbezoek bij een niet-pluis signaal?
Als er een niet-pluis signaal is, gaat de wijkverpleegkundige op huisbezoek. Van Rijn schrijft dat een wijkverpleegkundige vanuit haar brede blik ook gehoor moet kunnen geven aan signalen van “niet pluis” in de wijk. Ook hiervoor moet de gemeente volgens hem regionaal afspraken te maken met de zorgverzekeraar CZ en met de zorgaanbieder die gecontracteerd is voor het wijkgericht werken.

Afspraken maken over inzet
Tot slot meldt Van Rijn dat de invulling van s1 met het daarbij behorende bedrag van € 40 miljoen door de zorgverzekeraar wordt ingezet in die wijken waar de grootste toegevoegde waarde wordt verwacht van een extra investering. Maar dat betekent volgens hem niet dat de gemeente Brunssum zorg wordt onthouden. Van Rijn benadrukt aan het einde van zijn brief nogmaals om met CZ afspraken te maken over de wijze waarop in de hele WMO-regio contacten zullen plaatsvinden tussen de wijkverpleegkundige die individuele zorg levert en het sociale domein.

Corina de Feijter

(Foto: Goodluz/Shutterstock)

Gerelateerde berichten

Author: Zorgenz

Share This Post On

Submit a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *