Participatiesamenleving strookt niet met de realiteit
Datum: 18 september 2018Het is vandaag precies vijf jaar geleden dat koning Willem-Alexander in de troonrede vermeldde dat de ‘klassieke verzorgingsstaat langzaam maar zeker verandert in een participatiesamenleving.’ Dat heeft een grote verandering teweeg gebracht. Taken zijn overgeheveld naar gemeenten en burgers zouden met steun van de gemeente meer een beroep op elkaar kunnen doen. Echter: er komt niet veel terecht van dit streven. Het is voor hulpbehoevenden, zoals chronisch zieken of kwetsbare ouderen, bijna onmogelijk om een beroep te doen op hun eigen omgeving.
Dat blijkt uit een meerjarig onderzoek van de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit voor Humanistiek naar de gevolgen van decentralisatie van zorg naar de gemeenten. Ze analyseerden beleid, observeerden ruim honderd ‘keukentafelgesprekken’ en interviewden professionals en cliënten.
Tevergeefs beroep op eigen netwerk
Burgers vinden het wel prettig dat de gemeente bij hen thuis komt voor het keukentafelgesprek. Daarin komt altijd de inzet van het eigen sociale netwerk ter sprake. Maar in veel gevallen heeft de betrokkene eerst een beroep gedaan op de omgeving voordat hij aanklopt bij de gemeente om hulp. Soms heeft de cliënt helemaal geen netwerk. In andere gevallen is daar al eerder, maar zonder succes, een beroep op gedaan. Mensen zijn bovendien terughoudend om familie en vrienden te betrekken bij hun problemen, omdat ze zich van hen niet afhankelijk willen voelen.
Nadruk op zelfredzaamheid vergroot ongelijkheid
De onderzoekers concluderen dat overheidsbeleid er ten onrechte van uit gaat ‘dat alle mensen aan te spreken zijn op eigen kracht en en dat er anders wel hulp is vanuit de sociale contacten’. De nadruk op zelfredzaamheid vergroot ook de ongelijkheid, want mensen met voldoende eigen vermogen en hoogopgeleiden kunnen vaak wel zelf hun hulp kunnen regelen en betalen. Armere hulpbehoevenden worden daarentegen geacht een beroep te doen op de omgeving.
Drie tekorten
De decentralisaties leiden volgens de onderzoeken tot drie tekorten:
1. Een ‘professioneel tekort’: wijkteams en andere professionals die bij mensen over de vloer komen, voelen zich weinig geëquipeerd en gesteund;
2. Een democratisch tekort: er is weinig ruimte voor kritiek op het beleid van nabijheid en zelfredzaamheid;
3. Er dreigt een solidariteitstekort: mensen een groter beroep laten doen op hun sociale contacten roept schaamte- en schuldgevoelens op. Het kan ook relaties beschadigen en vernedering met zich meebrengen.
Hart van sociaal overheidsbeleid
De onderzoekers stellen dat de grote nadruk op zelfredzaamheid en het aansturen op zoveel mogelijk informele zorg niet het hart van het sociale overheidsbeleid kan en moet zijn. In plaats van de grote nadruk op zelfredzaamheid, moet het beleid meer aandacht hebben voor de angst en het onvermogen van mensen om afhankelijk van anderen te zijn.
U kunt het boek ‘De verhuizing van de verzorgingsstaat’ bestellen. Dat kost € 22,50
(Foto: Shutterstock)