Ongecontracteerde wijkverpleging aan banden gelegd

Ongecontracteerde wijkverpleging aan banden gelegd

Datum: 15 mei 2019

Zorgverzekeraars ontmoedigen ongecontracteerde wijkverpleging actief. Ze stellen aanvullende voorwaarden aan zorgaanbieders die geen contract hebben. Verder werkt 44% van de zorgaanbieders met de nieuwe registratiemethode. Dat blijkt uit de monitor contractering wijkverpleging 2019 van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Zorgaanbieders en zorgverzekeraars in de wijkverpleging hebben samen met het ministerie van VWS in het hoofdlijnenakkoord wijkverpleging 2019-2022 afgesproken de ongecontracteerde zorg terug te dringen. Dit pakken zorgverzekeraars voortvarend op.

Zorgverzekeraars verwachten zelf dat in 2019 de uitgaven aan ongecontracteerde wijkverpleging van € 346 miljoen naar € 269 miljoen dalen ten opzichte van 2018. Om ongecontracteerde zorg te ontmoedigen moeten de zorgaanbieders zonder contract bijvoorbeeld een machtiging aanvragen voor ze de zorg mogen leveren aan de cliënt. Ook kunnen ze de zorg niet rechtstreeks declareren bij de zorgverzekeraar, maar moet de cliënt de rekening zelf voorschieten. Volgens de NZa kunnen zorgverzekeraars nog betere informatie geven aan hun verzekerden over de nadelen van ongecontracteerde zorg.

Minutenregistratie
In het eerste jaar gebruikt 44 procent van de zorgaanbieders in de wijkverpleging de nieuwe registratiemethode. Een derde van de zorgaanbieders stapte af van de vijf-minutenregistratie. Dit zorgt voor minder administratieve lasten, waardoor ze meer tijd kunnen besteden aan hun cliënten.

Cliëntenstops
De NZa constateert dat de meeste cliëntenstops ontstaan door onzekerheid over de inkoop van extra zorg als een zorgaanbieder zijn omzetplafond bereikt. ‘Zorgaanbieders geven bij ons aan dat zorgverzekeraars de voorwaarden hiervoor niet goed communiceren en dat zorgverzekeraars veel tijd nodig hebben voor een beslissing. Wij vinden het in het belang van de cliënt dat het proces fatsoenlijk en snel verloopt’, aldus de toezichthouder. De NZa gaat beoordelen of zorgverzekeraars de beslistermijn en de voorwaarden voor bijcontractering duidelijk aangeven. Zorgaanbieders kunnen hun verzoeken voor bijcontractering beter plannen als zij verwachten binnen afzienbare tijd hun omzetplafond te overschrijden en dit aan kunnen tonen. De zorgverzekeraar moet hier dan tijdig op reageren door meer in te kopen of cliënten naar een andere zorgaanbieder te bemiddelen.

Integraal tarief
Bijna alle zorgaanbieders maken in het contract met de zorgverzekeraar gebruik van integrale tarieven voor verpleging en verzorging. Omdat dit integrale tarief voor een deel gebaseerd is op de cliëntenpopulatie uit het verleden, kan dit ervoor zorgen dat het tarief niet toereikend is voor de zorg die zorgaanbieders leveren voor een zorgvraag die steeds complexer wordt. De NZa verwacht van zorgverzekeraars dat zij een passend tarief bieden en de wachtproblematiek beter monitoren.

Reactie zorgverzekeraars
Wout Adema, directeur Zorg van Zorgverzekeraars Nederland (ZN) is verheugd dat de inzet van de zorgverzekeraars om de niet-gecontracteerde zorg terug te dringen wordt opgemerkt in de monitor van de NZa. “Door contracten te sluiten kunnen zorgverzekeraars afspraken maken over de kwaliteit en betaalbaarheid van de zorg. Zorgverzekeraars hebben zich daarom volgens de gemaakte afspraken ingezet om de niet-gecontracteerde zorg terug te dringen. Zorgaanbieders zonder contract moeten bijvoorbeeld een machtiging aanvragen voor de zorg die ze aan cliënten leveren. Zorgaanbieders kunnen niet-gecontracteerde zorg niet rechtstreeks declareren bij de zorgverzekeraar. Dit om de verzekerde zich er van bewust te maken dat het om niet-gecontracteerde zorg gaat. Wel vergoeden zorgverzekeraars dit voorgeschoten bedrag altijd binnen enkele dagen aan de verzekerde.”

Kwaliteit van zorg
De NZa ziet een rol voor de zorgverzekeraars in het nog beter informeren van hun verzekerden over de nadelen van niet-gecontracteerde zorg. Adema: “Zorgverzekeraars pakken die rol graag en zetten hier ook op in. Wel vinden we het zorgelijk dat er in de NZa-monitor nergens wordt ingegaan op de kwaliteit van zorg. Dit is namelijk essentieel voor onze verzekerden. De insteek lijkt te zijn dat er meer aanbieders gecontracteerd moeten worden ongeacht de kwaliteit. Zorgverzekeraars zien veel relatief kleine zorgaanbieders. Uit data van Vektis blijkt dat er ruim 1700 zorgaanbieders zijn met minder dan 10 cliënten. Dat bemoeilijkt het organiseren van samenhang van zorg in de wijk. Ook het inzicht krijgen in de kwaliteit van zorg is in die gevallen lastiger.”

Cliëntenstops
Zorgverzekeraars worden door de NZa aangesproken op de cliëntenstops. Zorgaanbieders hebben bij de NZa aangegeven dat zorgverzekeraars de voorwaarden voor bijcontractering niet goed communiceren en dat onze beslistermijn te lang is. Adema: “Hier herkennen wij ons als zorgverzekeraars niet in. Deels omdat niet alle zorgverzekeraars werken met budgetplafonds, deels omdat wij merken dat de cliëntenstops veroorzaakt worden door personeelskrapte. We zijn ons er uiteraard van bewust dat onze verzekerden gebaat zijn bij een contracteerproces dat snel en correct verloopt. We gaan daarom de komende maanden met alle branchepartijen werken aan verbetering van dit proces.”

Integraal tarief voor verpleging en verzorging
Ook het integrale tarief voor verpleging en verzorging wordt genoemd in de NZa-monitor. Zorgaanbieders geven aan dat dit tarief niet altijd toereikend is voor de zorg die ze leveren voor een zorgvraag die steeds complexer wordt. Adema: “Het is begrijpelijk dat voor de kleinere aanbieders die specialistische zorg leveren het integrale tarief, dat werkt met gemiddelden, niet altijd volstaat.” De NZa start binnenkort met een evaluatie van het integrale tarief, waaruit moet blijken wat de precieze omvang van de uitdaging is.

 

 

Gerelateerde berichten

Author: Zorgenz

Share This Post On

Submit a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *