Meer en zwaardere jeugdhulp legt druk op gemeenten

Meer en zwaardere jeugdhulp legt druk op gemeenten

Datum: 1 mei 2019

Na de decentralisatie van de jeugdhulp naar gemeenten maken meer jongeren gebruik van de jeugdzorg, met vaker zwaardere vormen van zorg en geeft een flink aantal gemeenten substantieel meer uit aan jeugdhulp. Gemeenten voelen de urgentie zodanig dat zij het kabinet hebben gevraagd om in actie te komen. Minister Hugo de Jonge heeft een verdiepend onderzoek laten uitvoeren. Daaruit blijkt een sterkte toename van het gebruik van de jeugdhulp. Tegelijk is er sprake van een nog sterkere groei van de kosten dan van het volume, waardoor de kosten per cliënt hoger zijn. Voor sturing in jeugdzorg is goede samenwerking met wijkteams en huisartsen van belang.

De minister heeft ‘Benchmarkanalyse uitgaven jeugdhulp in 26 gemeenten en de analyse volume jeugdhulp’ naar de Tweede Kamer gestuurd.

Grote verschillen
Uiteraard toont de benchmark grote verschillen aan. In bijna driekwart van alle Nederlandse gemeenten is het aantal cliënten gestegen, soms zelfs met meer dan 10%. Tegelijk: in bijna een kwart van de gemeenten is er sprake van een daling. In slechts 5% is het volume gelijk gebleven. De grootste toename is waarneembaar bij de inzet van hulp via de wijkteams. Weliswaar is de  ambulante jeugdhulp en jeugdhulp met verblijf ook gestegen, maar minder sterk.

Kostenverhogende factoren
De problematiek van cliënten in jeugdhulp is zwaarder geworden in de loop van de tijd. Doordat het aantal cliënten in totaliteit niet afneemt, leidt dit dus tot hogere uitgaven. Wel kan er soms sprake zijn van ‘upcoding’. Dat wil zeggen: de zorgbehoefte administratief zwaarder voorstellen, wat leidt tot zwaardere zorg dan noodzakelijk. Diverse gemeenten doen hiernaar onderzoek. Andere kostenverhogende factoren zijn administratieve lasten en de druk op de arbeidsmarkt.

Spanningsveld jeugdzorg en financiële beheersbaarheid
Bijna geen van de 26 bench-mark-gemeenten ziet licht aan het eind van de tunnel. De gemeenten ervaren een spanningsveld tussen het jeugddomein en financiële beheersbaarheid. Ze verwachten dat de financiële tekorten in het jeugddomein de komende jaren aanhouden en dat leidt tot politieke druk. Want waar de eerste jaren nog coulance bestond voor de grote opgave in het sociaal domein en eventuele financiële tekorten, verandert de situatie anno 2019.

Inzet wijkteams en samenwerking met huisarts
Het onderzoek toont aan dat sommige gemeenten hun stelsel op lokaal niveau beter op orde hebben dan andere gemeenten. Zij zijn daardoor beter in staat de oorzaken te duiden van de uitgavenontwikkeling en proberen die te beïnvloeden. Van belang daarbij zijn wijkteams die stabiel functioneren, goede samenwerking met huisartsen en samenwerking met het onderwijs.

De huisarts is nog altijd de grootste verwijzer naar jeugdhulp, maar het aandeel en het totaal aantal verwijzingen door huisartsen neemt sinds 2015 wel af. Bij 38 procent van alle in 2017 gestarte trajecten was de huisarts de verwijzer. In enkele gemeenten is er een vruchtbare samenwerking met de huisarts en diverse gemeenten investeren in de poh voor jeugd. Gemeenten en medische verwijzers werken zo samen aan verbetering van de verwijzing of alternatieve inzet van hulp. Dit is echter niet overal het geval. Omdat gemeenten de samenwerking niet kunnen afdwingen, zien ze geen mogelijkheid om dat deel van de keten te verbeteren. Bij regionale samenwerking is er vaak een spanningsveld tussen de eigen autonomie en de noodzaak van de regionale samenwerking.

Grenzen stellen
Vanwege de toenemende druk op de uitgaven, ontstaat bij gemeenten de discussie tot hoe ver hun verantwoordelijkheid gaat en op welke wijze zij grenzen kunnen stellen. Vaak zijn gemeenten in 2015 gestart vanuit het uitgangspunt ‘doen wat nodig is’, waardoor zij nauwelijks grenzen stelden aan de toegang tot hulp, al of niet via het wijkteam. Omdat wijkteams dicht in buurten opereren, is de drempel om hulp te vragen op veel plekken verlaagd. Sommige wijkteams zoeken ook bewust naar situaties waar mogelijke problemen zijn. Eenzelfde begrenzingsdiscussie speelt tussen gemeenten en aanbieders over de reikwijdte van het begrip ‘passende zorg’.

Financiële maatregelen
Minister De Jonge heeft toegezegd te kijken welke financiële maatregelen nodig zijn om de tekorten bij de jeugdzorg in gemeenten op te lossen. Een inhoudelijke reactie naar de Tweede Kamer volgt nog.

 

(Foto: Pixabay)

 

Gerelateerde berichten

Author: Zorgenz

Share This Post On

Submit a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *