In gesprek met Jan Walburg

In gesprek met Jan Walburg

Datum: 22 juli 2015

jan_walburg_zorgenzIn de laatste nieuwsbrief van de ROS Raedelijn staat een prachtig gesprek tussen adviseur Matthijs Zwier en Jan Walburg, hoogleraar positieve psychologie. Het doel van deze gesprekken in de nieuwsbrief tussen een adviseur van Raedelijn en iemand uit ‘het veld’, is ervan te leren en inspiratie op te doen. “We hebben echt nog geen besef van de enorme veranderingen die gaan komen,” is de rode draad in dit inspirerende gesprek dat Zorgenz mag overnemen uit deze nieuwsbrief.

Wie is Jan Walburg?
De voormalig bestuursvoorzitter van het Trimbos-instituut en sinds begin dit jaar bijzonder hoogleraar positieve psychologie aan de universiteit Twente ziet gezondheidscentra als de spil in het transformatieproces wat nu gaande is. “Wie in een regio of gemeenschap weet er nu het meest van een bepaalde populatie? Juist, een gezondheidscentrum!” Daarnaast is hij duidelijk over het onderscheid wat lange tijd is gemaakt tussen lichaam en geest: “Kunstmatig en onzinnig. Je mentale conditie bepaalt je fysieke gesteldheid en andersom.”

Welke ontwikkelingen ziet u in de eerste lijn?
Walburg: “Ik zie dat de basis-GGZ en de generalistische-GGZ in de richting wordt gepositioneerd van de huisarts. Die heeft een aantal bevoegdheden, mogelijkheden en verplichtingen gekregen om psychische problematiek aan te pakken. Knelpunt is dat er maar weinig huisartsen zijn die voldoende kennis en ervaring hebben – laat staan de tijd – om deze problematiek goed aan te pakken.”
“Aanvankelijk was de gedachte dat de lichte, psychische problematiek bij de huisarts terecht zou komen, waarbij de POH-GGZ een grote rol speelt. Maar in de praktijk blijkt het niveau bij de huisarts al zo complex. Daar ligt nog een enorme ontwikkeling voor ons. Qua regelgeving is er veel geregeld, maar in de praktijk moet er nog heel veel gebeuren.” Zwier: “Dat zien we nu ook in de eerste lijn, een hoop wisselingen van rollen. Op papier klopt het misschien, maar de praktijk – de uitvoering dus – kent vele gezichten.” Walburg: “Precies! je ziet nu al dat met name voor die individuele huisarts zo’n ontwikkeling bijna niet te doen is.”

Wat is er nodig?
Walburg: “De geïntegreerde huisartsenzorg zoals de overheid deze voor zich ziet, is alleen mogelijk als er op een goede, gestructureerde en multidisciplinaire manier wordt samengewerkt in bijvoorbeeld gezondheidscentra. We beseffen nu in toenemende mate dat lichaam en geest niet te scheiden zijn. Bijna iedereen met een chronische ziekte ervaart ook andere (psychische) problemen. Nu dat besef er is, kan er een – vanuit die integratie – nieuw soort eerste lijn ontstaan. Dit is nog maar het allereerste begin. Het grijpt ongelofelijk diep,
Walburg: “In Nijkerk en Nieuwegein heb ik een analyse gemaakt: Wat moet er aan nieuw beleid komen als je uitgaat van het principe om mensen gezond te houden. Ik overzie nu langzamerhand de enorme consequenties, onder andere door alle projecten daar, die deze omslag in denken en doen teweeg brengt. Er moet nog zoveel gebeuren. We hebben nu aan de hand van GGZ-cijfers inzicht in de gezondheidssituatie in een regio, maar die informatie krijg je één keer per vier jaar. Beleidsmatig kun je daar niks mee, want je loopt achter de feiten aan. Dat moet veel vaker. De GGD zou een perfect expertisecentrum kunnen zijn om gezondheidscentra adequaat te bedienen van de juiste data.”
“Het zijn de gezondheidscentra die de regie moeten nemen en in gesprek moeten gaan met stakeholders zoals scholen, wijkteams, politie en gemeente. Als je echt veranderingen wil aanbrengen in de gezondheidssituatie van mensen, dan heb je al die stakeholders nodig. Alle partijen moeten een eenheid gaan vormen en gaan inzien dat ze allemaal een bepaalde verantwoordelijkheid hebben. Het gaat om een verantwoordelijkheid die al vroeg in de jeugd moet worden opgeroepen, door opvoeders, door zorgwerkers, door scholen. Het opvoeden van een kind wordt gezien als een volstrekt vanzelfsprekende verantwoordelijkheid. Dat moet ook gaan gelden voor gezondheid.”

Wat gaat er goed?
“Prachtig samenspel in Nieuwegein en Nijkerk tussen gezondheidscentrum en gemeente! Ik zie daar in de praktijk hoe lekker het kan schakelen tussen sociaal en medisch domein. In Nieuwegein zeiden werkgevers in eerste instantie: ‘Wij hebben geen verantwoordelijkheid als het gaat om gezondheid van werknemers’. Maar als je dat nu eens omdraait: een werkgever heeft toch alle belang bij gezonde werknemers? Zieke werknemers kosten namelijk geld. Veel geld. Door deze discussie drong het besef door dat ze dus wél een rol kunnen hebben en moeten nemen. Ik zie in Nieuwegein dat de koppeling met het eerstelijns centrum goed op gang komt.”

Waar ligt u wakker van?
“Grootste probleem is de technische manier waarop een beweging die op zich heel goed is – meer zelfmanagement, meer eigen verantwoordelijkheid – wordt ingestoken. Er moet geen financiële druk achter zitten, maar een intrinsieke motivatie. Zelfmanagement komt slecht op gang, omdat we het ziekteproces heel erg technisch-specialistisch benaderen. Met een enorme aandacht voor de klachten en de symptomen en problematiek. Je kunt niet zeggen dat de burger meer zelfmanagement moet hebben, dat werkt gewoon niet.” Zwier: “Dat herken ik. Het moet gaan om de mens. Een burger kan niks met het doel ‘bloeddrukreductie’. Wel met het doel ‘weer met kleinkind kunnen voetballen’. Pas op het moment dat je een klacht in breder perspectief plaatst, open je de weg naar zelfmanagement.” Walburg: “Precies. De huisarts is expert op medisch vlak, maar de burger is dat van zijn eigen leven. Die weet het beste hoe hij benaderd wil worden en wat wel of niet werkt. Dáárover moet het gesprek gaan!”

Waar gaat uw hart sneller van kloppen?
“Ik word enorm enthousiast van wat ik waarneem rondom het samenspel tussen gezondheidscentra, de praktisch ingestelde zorgverleners en gemeentes, de beleidsmakers. Ze weten elkaar steeds beter te vinden en ook steeds beter te verstaan. Beleid moet tot stand komen in de praktijk. Accepteer dat het een lang proces is en begin gewoon. Deze transformatie gaat echt één of twee generaties duren.”

Gerelateerde berichten

Author: Zorgenz

Share This Post On

Submit a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *