Huisartsen bezorgd over knelpunten ggz
Datum: 4 juni 2018In een brief aan de Vaste Tweede Kamercommissie van VWS vragen de Landelijke Huisartsenvereniging (LHV) en InEen aandacht voor een aantal knelpunten in de ggz waar huisartsen tegenaan lopen. Die problemen zitten vooral in de wachttijden, de overheveling van zorg voor chronische ggz-patiënten en de soms nog gebrekkige afstemming tussen huisarts en ggz-behandelaar.
Staatssecretaris Blokhuis (VWS) heeft eerder al duidelijk gemaakt dat hij de aanpak van de wachttijden topprioriteit geeft: Wachttijden in de ggz zijn te lang. Dat noemt de LHV positief, want de wachtlijsten bij veel ggz-instellingen leiden ook tot zorgen onder huisartsen en extra druk op de huisartsenpraktijk. Helaas heeft de staatssecretaris onlangs aangekondigd dat het niet lijkt te lukken om de wachttijden al uiterlijk in de zomer van 2018 terug te dringen, wat wel het streven was.
Vervolgaanpak wachttijden
Er is meer tijd en inspanning nodig om de wachttijden terug te dringen. GGZ Nederland, ZN, MIND hebben een vervolgaanpak voor de wachttijden tot juni 2019 gepresenteerd. GGZ Nederland blijft de wachttijden in zijn volle omvang aanpakken, op voorwaarde dat er concrete afspraken komen in het hoofdlijnenakkoord over een forse investering in de arbeidsmarkt en substantiële reductie van de administratieve lastenvermindering.
In de vervolgaanpak staan regionale en landelijke acties voor het wegwerken van wachtlijsten. De sector wil meer gebruikmaken van de inzet en capaciteit van ervaringsdeskundigen. Aan de NZa is gevraagd te onderzoeken of de bekostiging van de ervaringsdeskundige volgend jaar ingevoerd kan worden. Verder is het van belang om de administratieve lastendruk van (regie)behandelaren te verlichten en taakherschikking mogelijk te maken om zo het werk van regiebehandelaren te verlichten en meer patiënten te kunnen helpen.
Regionale taskforces
Onderdeel van de aanpak van de wachttijden zijn regionale taskforces, waarin per regio knelpunten worden geïnventariseerd en opgelost. Deze aanpak is in enkele regio’s gestart en wordt nu landelijk uitgerold. In alle taskforces zijn ook huisartsen betrokken die meedenken over de oplossingen voor de wachttijden in de ggz en ook de belangen van de beroepsgroep behartigen.
Chronische patiënten
Andere zorgen die nog steeds leven onder huisartsen gaan over chronische ggz-patiënten. De zorg voor deze patiënten kan niet automatisch en in alle gevallen worden overgeheveld naar de huisartsenpraktijk. De huisarts en poh-ggz bieden zo mogelijk de huisartsenzorg voor deze groep, maar kunnen uiteraard niet de gespecialiseerde zorg voor hun rekening nemen.
Vooraf en tussentijds moet de huisarts de ggz-behandelaar (psycholoog of psychiater) kunnen consulteren en de huisarts moet de zorg meteen kunnen opschalen als dat nodig is. Op al deze vlakken moet nog veel verbeteren. De LHV is daarover in gesprek met GGZ Nederland.
Ambulante zorg niet overal voldoende beschikbaar
Voor patiënten met een ernstige psychiatrische aandoening die thuis verblijven is ambulante zorg van de ggz belangrijk. Die is nog niet in alle regio’s voldoende beschikbaar. Naast de beschikbaarheid van ambulante zorg is ook het sociaal domein onmisbaar. De samenwerking met het sociaal domein komt echter nog onvoldoende tot stand.
Lees hier de brief van de LHV en InEen aan de Tweede Kamercommissie.
(Foto: Shutterstock)