Evaluatie hervorming langdurige zorg

Evaluatie hervorming langdurige zorg

Datum: 29 juni 2018

Zijn de doelen van hervorming van de langdurige zorg behaald? Moeilijk te zeggen. De kosten zijn minder hard gestegen. Mensen met beperkingen blijven langer thuis wonen, maar krijgen niet altijd de passende zorg. Neveneffecten zijn eenzaamheidsproblematiek, overbelasting van mantelzorgers en toegenomen werkdruk bij zorgprofessionals. Er is een grens aan de mate waarin mensen zelfredzaam kunnen zijn. 

Dat concludeert het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in de eerste evaluatie hervorming langdurige zorg, een uitgebreid rapport van maar liefst bijna 400 (!) pagina’s.

Toegang tot zorg en ondersteuning
Van degenen met een beperking weet ongeveer de helft van het bestaan van Wmo-loket of sociaal (wijk)team. De wijkverpleging scoort hoger: 90% van de mensen met een chronische ziekte of beperking weten daarvan. Echter, hoewel de wijkverpleging goed toegankelijk is, is dit voor mensen met een migratieachtergrond of psychische problematiek niet vanzelfsprekend.
Een kwart van degenen die zich melden voor Wmo, geeft aan het systeem ingewikkeld en onduidelijk te vinden. Huisartsen, praktijkondersteuners en cliëntondersteuners melden eveneens dat het vaak veel tijd kost om de juiste instanties en de juiste personen te vinden. Ook een plek vinden in het eerstelijnsverblijf is tijdrovend.

De meeste cliënten (Wmo en wijkverpleging) zijn tevreden over het gesprek en de indicatie door de wijkverpleegkundige.  Een kwart van de Wmo-melders is ontevreden over de deskundigheid van degenen met wie het gesprek plaatsvond. Gespreksvoerders vinden het soms moeilijk om ‘de vraag achter de vraag’ helder te krijgen. Wijkverpleegkundigen vinden dat zij doelgerichter kunnen indiceren dan medewerkers van het CIZ voorheen deden, ook omdat zij vaker bij cliënten thuis komen.

Te lang thuis?
Er zijn signalen van huisartsen, praktijkondersteuners, wijkverpleegkundigen en spoedeisende hulp-afdelingen dat de zorgvraag van een deel van de thuiswonende cliënten veel complexer is en meer tijd kost. Het is niet bekend in welke omvang dit voorkomt en of een deel van deze mensen misschien een beroep op de Wlz zou kunnen doen. Een aanzienlijk deel van degenen op de Wlz-wachtlijst en hun mantelzorgers, zegt dat het thuis eigenlijk niet meer gaat.

Cliënten tevreden over de zorg
De wijkverpleegkundige fungeert als spil en bepaalt met de cliënt welke zorg nodig is. Het aantal uren wijkverpleging onder de Zvw (verpleging en verzorging samen) is tussen 2015 en 2016 gestegen met een kleine 2000 uur. Door de toename van het aantal zelfstandig wonende cliënten met complexe problematiek is er een stijging van de werkdruk voor wijkverpleegkundigen, huisartsen en praktijkondersteuners. Bijna alle cliënten (90%) zijn tevreden over de zorg. Maar ook over samenwerking tussen zorgverleners, terwijl het rapport tegelijk constateert dat de coördinatie- of regiefunctie niet altijd goed belegd is. Ook zijn er problemen met het gezamenlijk gebruik van een zorgdossier.

Mantelzorg
Overbelasting van de mantelzorger is een knelpunt. Naarmate de zorgzwaarte toeneemt, neemt ook de belasting toe en dat geldt met name voor mantelzorgers van thuiswonende mensen met dementie. Mantelzorgers zijn vaak tevreden over de samenwerking met professionals en de afstemming van de zorg. Wel vindt de helft dat professionals onvoldoende oog hebben voor de mantelzorger. Er is ondersteuning voor mantelzorgers, zoals informatie, lotgenotencontact of respijtzorg, maar slechts een op de vier maakt hiervan gebruik. Het aanbod is ook bij veel alle mantelzorgers niet bekend.

Eenzaamheid
Het beleidsdoel ‘zo lang mogelijk zelfstandig wonen’ kan botsen met het streven om eenzaamheid tegen te gaan. Bijna een op de drie Wlz-aanvragers noemt -naast andere redenen- het voorkómen van eenzaamheid als reden om hun zorg in een instelling te willen ontvangen.

Wenselijk en realistisch
Zijn de doelen van de hervorming bereikt? Vanuit financieel oogpunt kan worden gesteld dat de groei van de uitgaven voor langdurige zorg iets is afgevlakt. Ouderen wonen langer thuis: Wmo-ondersteuning en wijkverpleging faciliteren hen daarbij. Het van belang dat er genoeg aangepaste woningen zijn. Neveneffecten zijn eenzaamheidsproblematiek, overbelasting van mantelzorgers en toegenomen werkdruk bij wijkverpleegkundigen, huisartsen en praktijkondersteuners.

Het SCP waarschuwt dat er  grenzen zijn aan de mate waarin mensen met beperkingen kunnen participeren en redzaam kúnnen zijn, ook met zorg en ondersteuning. Ze vindt dat er eerst een fundamentele discussie moet worden gevoerd over wat wenselijk én realistisch is binnen de langdurige zorg en ondersteuning.

Herbezinning
De Jonge stelt in zijn brief aan de Tweede Kamer dat er geen stelselwijziging nodig is, maar wel een herbezinning op de werking van het stelsel. Vanaf het najaar wil hij in gesprek gaan met partijen als cliënten, gemeenten, aanbieders, professionals, zorgkantoren en verzekeraars.

 

(Foto: Shutterstock)

 

Gerelateerde berichten

Author: Zorgenz

Share This Post On

Submit a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *