Brief Bruins met vier rapporten over Eerstelijnsverblijf

Brief Bruins met vier rapporten over Eerstelijnsverblijf

Datum: 2 juli 2018

ouderenzorg_zorgenzHet eerstelijnsverblijf (ELV) is een vrij nieuwe zorgvorm, die nog sterk in ontwikkeling is en pas sinds 2017 onder de zorgverzekeringswet (Zwv) valt. Dat vereist veranderingen in de organisatie en zorginhoud en vraagt extra inspanning van zorgverleners, zorgaanbieders en zorgverzekeraars. ‘Dat proces kost tijd’, schrijft minister Bruins in een brief. Daarin informeert hij de Tweede Kamer over de inbedding van het ELV en kijkt naar de mogelijke doorontwikkeling. Dit doet hij op basis van maar liefst vier rapporten.

De publicatie van Vilans ‘In één keer goed’ gaat in op het juist gebruik van het ELV en de organisatie daarvan.
Het registratieonderzoek van Actiz ‘Onderzoek Eerstelijns Verblijf’ geeft meer inzicht in de herkomst, diagnoses, behandelinzet en ligduur.
De uitkomst van Significant staat in ‘Rapportage kwaliteit eerstelijnsverblijf’. Dit biedt een totaalbeeld van de kwaliteit van het ELV.

Elementen voor goede kwaliteit
Het rapport van Significant vermeldt elementen die bijdragen aan een kwalitatief goed ELV:
– Samenhang van ELV in de keten (ondersteuning bij triage vooraf en vroegtijdig afstemmen over vervolgzorg);
– Behandeling afgestemd op de zorgbehoefte van de patiënt;
– Expertise op herstelgerichte zorg;
– Regie op vormgeving, uitvoering en evaluatie van het behandelplan.

Knelpunten
Deze publicatie geeft ook de gesignaleerde knelpunten weer. Daarbij worden er twee met nadruk genoemd:
– Onvoldoende samenhang tussen het eerstelijnsverblijf en andere zorgvormen met tijdelijk verblijf (en met opschalen van thuiszorg);
– De hoeveelheid behandeluren in het tarief is te beperkt ten opzichte van de behandelbehoefte, met name bij de hoog complexe vorm van ELV.

Bekostiging
Wat betreft de beperkte behandeluren in de tarieven wil Bruins kijken naar modulaire integrale bekostiging, waarin verschillende intensiteiten van behandeling mogelijk zijn. Dit wil hij bezien in samenhang met de zorgvorm aanvullende geneeskundige zorg (waarvan de overheveling van Wlz naar de Zvw voor 2020 gepland staat) en de geriatrische revalidatiezorg. Hij komt daar na zomer op terug. Daarnaast wijst hij op extra middelen beschikbaar  in het akkoord Wijkverpleging voor het eerstelijnsverblijf: € 20 miljoen per jaar erbij vanaf 2019, oplopend tot €80 miljoen in 2022.

Verbreding
Ten aanzien van de samenhang heeft hij Zorgverzekeraars Nederland gevraagd eind dit jaar de verbreding naar alle zorgvormen met tijdelijk verblijf te realiseren. Daartoe is er nog een vierde rapport verschenen: ‘Regionale coordinatie tijdelijk verblijf’. Met zes goede voorbeelden van coördinatiepunten met een brede dienstverlening.  Dit ter inspiratie voor coördinatiepunten met een smal aanbod.

Veld is aan zet
Bruins stelt dat het veld eerst aan zet is om de kwaliteit van het eerstelijnsverblijf gezamenlijk vorm te geven. Dit geldt voor het goed  beschrijven van een zorgvuldig geneeskundig proces in relatie tot de zorgbehoefte, maar ook voor de organisatie en invulling van de drie ELV-vormen (laag-complex, hoog-complex en palliatieve zorg).  Hij zegt deze ontwikkelingen op de voet volgen.

Zie de brief van minister Bruins en de vier uitgebrachte rapporten.

 

Gerelateerde berichten

Author: Zorgenz

Share This Post On

Submit a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *